Het voormalige cisterciënzerklooster van Chorin is schilderachtig gelegen achter een voormalige wijngaard aan een meer. De rode bakstenen muren torenen hoog uit en wedijveren met de oude bomen in het park. Het gotische gebouw werd gebouwd in 1272, toen het huisklooster van de markgraven van Ascan, gesticht in 1258 aan de oevers van het Parsteiner meer, werd verplaatst naar Chorin. De verhuizing bracht een verandering in de bouwstijl met zich mee. Terwijl het klooster Mariensee aan het Parsteinmeer nog als Romaans gebouw was gepland, zoals het moederklooster in Lehnin, werden de kloostergebouwen in Chorin in gotische stijl gebouwd. De filigraanversiering en de effectieve gevelarchitectuur maken Chorin tot een belangrijk werk van de Noord-Duitse baksteengotiek. Veel andere kerkgebouwen in de directe en verdere omgeving werden gemodelleerd naar de cisterciënzer kerk van Chorin. De Franciscaner kerken in Berlijn en Angermünde en de Marienkirche in Neubrandenburg zijn het vermelden waard.

In de loop van de Reformatie werd de abdij in 1542 opgeheven en er volgde een wisselend gebruik, waarvan de sporen nog duidelijk zichtbaar zijn. 200 jaar geleden zette Karl Friedrich Schinkel zich in voor het behoud van de kloostergebouwen in Chorin. Het is dan ook aan hem en andere vroege monumentenzorgers te danken dat er zoveel middeleeuws bouwmateriaal bewaard is gebleven. De permanente tentoonstelling van 800 m² en talrijke speciale tentoonstellingen stellen het klooster van Chorin centraal en laten de bezoekers de geschiedenis ervan beleven.